Predikaten zijn krachtig om aan je woordenschat toe te voegen. Er zijn zes verschillende representatie systemen; visueel, auditief tonaal, kinesthetisch, gustatorisch (proeven), olfactorisch (ruiken) en auditief digitaal (denken). Bij deze representatiesystemen kunnen we woorden koppelen. Deze woorden noemen wij predikaten. Met predikaten kun je aansluiten bij de woorden die een ander spreekt.
Wanneer we het hebben over rapport weten we dat het effect van communicatie voor 55% wordt bepaald door fysiologie, 38% door de tonaliteit en 7% door de woorden. Met die woorden bedoelen we predikaten. Wanneer de gesprekspartner bijvoorbeeld heel veel kinesthetische woorden gebruikt, kan jij daarop aansluiten door met kinesthetische predikanten te reageren. Op dat moment ontstaat er rapport.
Hieronder is een overzicht te zien van predikaten die horen bij de representatie systemen.
VISUELE PREDIKATEN:
Aspect, beeld, blijken, blik, contrast, droom, duidelijk, focus, getuige, glimp, gloed, helder, hoek, horizon, illusie, illustreren, inspecteren, inzicht, kijken, kleurrijk, nauwkeurig, obscuur, observeren, onderscheiden, onderzoeken, ontruimen, opvallen, overzicht, perceptie, plaatje, scene, schetsen, scope, starende blik, stralend, toespitsen, uitstekend, uitzicht, vaag, verdacht, verduister, verschijnen, visie, voorgrond, vooruitzichten, voorzien, waakzaam, wazig, weerspiegelen, zicht, zichtbaar, zien.
AUDITIEVE PREDIKATEN:
Aankondigen, articuleren, bekendmaken, bellen, bespreken, bespreking, bulderen, communiceren, converseren, discussiëren, dissonantie, echo, formuleren, gehoorafstand, gejank, geluid, geratel, gesprek, gieren, gillen, harmonie, hoorbaar, horen, informeren, instemmen, knarsen, lawaai, luid, luidruchtig, luisteren, mondeling, monotoon, noemen, opmerken, opmerking, praten, rapporteren, ritme, roddelen, rumoer, schel, schreeuw, schreeuwen, sprakeloos, spreken, stem, stilte, sussen, toon, uitroepen, uitspreken, verklaren, verkondigen, vermelden, vertellen, vocaal, vraag, zeggen.
KINESTHETISCHE PREDIKATEN:
Aandrang, aanraken, aanvoelen, absorberen, beroeren, beweging, druk, drukte, eelt (op ziel), energie, flexibel, fundering, gebonden aan, geslagen, gestructureerd, gevoelig, gloed, grijpen, in de war, intuïtie, lauwwarm, leeghoofdig, nadruk, ongemakkelijk, ontspannen, onverdraaglijk, paniekerig, richting, rilling, ruw, schok, spanning, steun, stevig, stortvloed, stress, stromen, temperatuur, trillen, vastklampen, verdoofd, voelen, warm, zacht, zeer.
Wil je meer weten over Zintuiglijke Scherpzinnigheid? Dit, en meer, leer je in onze 18-daagse IANLP-gecertificeerde NLP Practitioner Opleiding.